De bekroning op onze Siberische tocht : Mongolie (2002/07/04 - 2002/07/27)

De grensformaliteiten in Rusland verlopen niet zo
vlot. Na de controle van onze reispassen mogen we
vertrekken, maar wat blijkt : we zien dat er geen
stempel met uitreisdatum is aangebracht. We vragen om
dit in orde te brengen en moeten wel 2 uur wachten.
Daarentegen zijn de grensformaliteiten in Mongolie
amper in 1 uur geregeld.

7FFD1140_J.JPG

Langs de weg zijn we verbaasd dat er geen enkele
wegcontrole te bespeuren is. Dit gecombineerd met zeer
vriendelijke mensen zorgt voor een ontspannen sfeer.

In Ulaan Bataar hebben we een 6-tal dagen nodig om op
onze positieven te komen (van Siberie) en alles te
organiseren om de "country-side" in te trekken. We
beslissen om het westen te verkennen : een relatief
groen gedeelte van Mongolie. De Gobi-woestijn laten we
terzijde omdat het in deze periode van het jaar te
warm is.

We rijden langs groene valleien met veel paarden,
geiten, schapen, kamelen en hier en daar een ger
(traditionele tent). Wanneer we stoppen aan een ger
worden we uitgenodigd om thee te drinken (wat meer
gelijkt op zoute melk, maar wel lekker). De mensen
zijn uitgelaten wanneer we onze instant camera
uithalen om foto's te nemen van de hele familie. De
BMW motoren moeten ook op de foto en worden met een
fluitketeltje water schoongemaakt. Idereen doet zijn
beste kleren aan en de vrouwen maken zich op. De
foto's worden tentoongesteld op het mooiste kastje in
de ger.

Na 250 km overnachten we in "Eden Traveller's" camp,
waar we helemaal alleen het avondeten nuttigen in het
restaurant met een fantastische service. De hele nacht
worden we wakker gehouden door een zeer zware storm.
We moeten binnenin de tent vasthouden, zodat ze niet
helemaal tegen de grond waait. De volgende morgen
merken we dat de stokken helemaal geplooid maar
gelukkig niet gebroken zijn. Goede test voor de tent
want we bleven toch droog.

We zetten onze tocht verder naar Kharkhorin waar we de
oudste tempel van Mongolie bezoeken, een van de
weinigen die de push van Stalin heeft overleefd.
Op weg naar Tsetserleg zien we langs kleine dorpen,
honderden ruiters testritten doen voor de de races op
het Nadaam feest. Het is een kleurrijk en boeiend
tafereel.

De Mongolen zijn nog steeds fantastische ruiters, met
of zonder zadel. Ruiter en paard zijn 1 zoals je ze
ziet galopperen over de eindeloze steppe.

In Testserleg gaan we vroeg op pad om de Nadaam
feesten van dichtbij mee te maken. Op een bergflank
staan grote aantallen ruiters met hun paard in
traditionele kledij met verrekijkers de race te
volgen, die wordt gereden door kinderen. Bij de
aankomst zien we een paard neervallen, spijtig genoeg
kan geen hulp meer baten.

Naast de paardenraces zijn er ook nog het traditioneel
worstelen en boogschieten. Ook dit kunnen we van
dichtbij meemaken en het is alsof de tijden van
Chinggis Khaan weer tot leven komen.

Tussen de eettenten ontmoeten we een Amerikaan die
graag een paard wil kopen om hiermee zijn reis verder
te zetten, wat ons ook wel een beetje inspireert, maar
we zijn toch tevreden met ons stalen ros. We wensen
hem veel succes.

Langs een piste met prachtige uitgestrekte
landschappen rijden we naar het Terkhiin Tsagaan Nuur
meer. Vrij camperen langs het meer is helemaal geen
probleem maar je moet er wel de nieuwschierigheid van
de bewoners van de omliggende ger-tenten bij nemen.

Na een controle van de motoren stellen we vast dat
verschillende delen van de bagagerekken zijn gebroken.
In Tariat vinden we een lasser die alles kan
herstellen.

We beslissen enkele dagen aan het meer te relaxen.
Langs de noord-oostelijke kant rijden we een Nationaal
Park binnen met een paar mooie kampplaatsen langs het
water. De weg verloopt over een zeer slechte maar zeer
mooie vulkaanpiste. Een 15-tal km worden de motoren
zwaar op de proef gesteld, maar doen het zonder
problemen.

We ontmoeten er 2 koppels uit Frankrijk die een toer
geboekt hebben met een 4x4 busje. Je kan vrij
gemakkelijk vanuit Ulaan Bataar een rondtoer boeken
met een plaatselijk agentschap. Reken op ongeveer 60
US dollar per dag voor het busje, tenten, tolk,
chauffeur en kok. De prijs bevat geen maaltijden, dus
met 4 personen betaal je 15 US dollar per persoon.

s'Avonds worden we uitgenodigd door hen voor een
visbarbecue. Vers uit het meer en op zijn Frans
klaargemaakt. Het weer gooit echter roet in het eten
en plots zitten we met zijn achten in een iglo-tentje
gezellig dicht bij elkaar te dineren.

Het grote meer in het noorden lijkt ons een beetje te
ver en we beslissen om een eindje terug te keren naar
de "Hot Springs Tsenher", op 32 km ten zuiden van
Tsetserleg. Onderweg ontmoeten we de Amerikaan Ian
Curry die er in geslaagd is een paard te kopen voor de
prijs van 150 US dollar (zie foto). Een unieke manier
om Mongolie te ontdekken.

foto3.JPG

De weg naar de Hot Springs is mooier dan de Hot
Springs zelf : nogal veel Mongoolse en buitenlandse
toeristen, maar toch eens heerlijk om een heet bad te
nemen. Alweer de mogelijkheid om in een ger-tent te
overnachten of in de nabije omgeving gratis te
camperen. Telkens kan je gebruik maken van het
restaurant in het ger-kamp.

Volgens de "Lonely Planet" is er in Tsetserleg een
restaurant: The Fairfield, waar je frietjes met
stoverij kan eten. Dit slaan we dan ook niet over.

We willen nog een glimp van de Gobi-woestijn opvangen
en rijden zuidwaarts naar Bayanhorin. Na 50 km, een
beetje voorbij Bulgan, moeten we door de bergen een
rivier kruisen. We proberen door de dikke keien een
aantal meter te rijden, maar het water wordt te diep,
tot 1 meter. We keren terug naar de oever en bekijken
alles rustig op de kaart : blijkt dat we de rivier nog
minstens 4 maal moeten kruisen. We riskeren het niet
en keren terug.

We vinden dat 2000 km op 14 dagen genoeg geweest is en
rijden op het gemak terug naar Ulaan Bataar.